Tweedeling markt ook bij recreatiewoningen

Misschien bent u er in de herfstvakantie – gelokt door het mooie weer – nog even tussenuit gegaan? Ik hoorde van veel mensen dat zij in eigen land een weekje op een recreatiepark verbleven. Nu de herfst dan echt is aangebroken, zitten waarschijnlijk heel wat mensen te overwegen of zij dan toch die recreatiewoning eens aan zullen schaffen. Het spaargeld op de bank rendeert immers nog steeds niet.

Het afgelopen jaar steeg de markt van recreatiewoningen met 15% naar 4.330 verkopen. In het spoor van de reguliere koopwoningmarkt zien we ook hier prijsstijgingen (6%) en krapte: het aanbod daalde voor het eerst in tien jaar tijd. Maar eveneens is sprake van grote regionale verschillen en een duidelijke tweedeling van de markt.

Natuurlijk liggen de oververhitte gebieden op andere plaatsen dan in de reguliere woningmarkt. Het zijn hier niet de grote steden die als magneet werken, maar de kustgebieden. Zeeland is krimpregio als het gaat om de gewone huis-, tuin- en keukenbewoners, maar voor de recreatiewoningen is deze provincie echt booming. De gemiddelde vraagprijs steeg in onze meest waterrijke provincie voor het tweede jaar op rij met 20% naar €428.471. Op de Waddeneilanden is het beeld vergelijkbaar. De gemiddelde transactieprijs kwam daar uit op €351.888, meer dan het dubbele van het landelijk gemiddelde (€148.450). Het hoog geprijsde aanbod gaat behoorlijk snel van de hand, ook als investeringsobject.

Aan de onderkant van de markt ziet het er vaak minder mooi ooit. Saneren of transformeren van verouderd aanbod is geboden. Veel provincies en gemeenten hebben hiermee inmiddels een begin gemaakt. Door de sterke druk op de reguliere woningmarkt vervullen recreatieparken vaker een functie als tijdelijk of semipermanent woongebied. In Harderwijk zijn vier parken die al jaren semipermanent bewoond werden nu ook formeel tot gewoon woongebied verklaard. Tegelijkertijd zijn er voorbeelden (vooral in onze eigen provincie) van verloedering waartegen wordt opgetreden. Zeker is dat belangstellenden zich – in welke provincie dan ook – goed op de hoogte moeten stellen van de plaatselijke omstandigheden en toekomstmogelijkheden. Want een garantie op rendement is er meestal niet, hoe mooi de weersomstandigheden ook zijn.